Flinke toename zorgstudenten
Het aantal studenten dat voor een zorgopleiding kiest in de regio Rotterdam-Rijnmond is dit studiejaar flink toegenomen. In het mbo en hbo samen stromen circa 700 studenten meer in dan vorig jaar. Dit is goed nieuws voor de samenwerkende Rotterdamse zorg- en onderwijsinstellingen en de gemeente Rotterdam.
Werkzekerheid en idealisme
Ingrid Tuinenburg (directeur Albeda Zorgcollege) is erg blij met de resultaten. ‘In deze tijd van personeelstekorten is het geruststellend te zien dat het imago van de zorg aantrekkelijker blijkt dan soms gedacht. Schoolverlaters en zij-instromers zien een werkplek waar je veel kan doen als je idealen hebt voor de zorg hebt, maar waar je ook werkzekerheid kunt vinden’.
Stageplekken verdelen
Enige tijd geleden leidde de krappe arbeidsmarkt tot een tekort aan stageplaatsen. Marjolein Tasche (voorzitter deRotterdamseZorg): ‘We hebben nu de plekken die nodig zijn om alle studenten op te leiden, wat echt een resultaat is van deze gedreven samenwerking tussen zorg en onderwijs.’ Het netwerk is zich ervan bewust dat het creëren van stageplekken ook de komende jaren nog een grote opgave zal zijn. Daarom ontwikkelden projectleiders een speciale stagemonitor, die vraag en aanbod in de regio op elkaar af stemt.
Uitval voorkomen
Naast deze inzet op kwantiteit, richt het netwerk zich actief op de kwaliteit van stages. Een urgent probleem is de uitval onder net begonnen studenten. De persoonlijke begeleiding van studenten zal structureel moeten worden ingeregeld, zodat redenen voor uitval tijdig in beeld komen.
Goed werkgeverschap en financiering
Jacqueline Stuurstraat, directeur van deRotterdamseZorg: ‘Goede begeleiding blijft essentieel, vooral als we kijken naar het op peil houden van het opleidingsrendement. Ons pleidooi is dan ook dat we subsidie in moeten kunnen zetten voor ondersteuning van de werkvloer. Als we met elkaar zorgen dat de 700 studenten in een werkklimaat komen waarin iedereen het aankan, maken we onze belofte als goed werkgever waar en kunnen we nieuwe studenten tegemoet blijven zien.’